Het Rathenau Instituut produceert in 2005 de studie Alledaagse zorg over de politiek van gewone medische praktijken, zoals jodium in brood, pijnstillers en de koortsthermometer. Ik redigeer de bundel en overleg met de auteurs.
Categorie: denken
Het ik als netwerk
Onze hersenen zijn niet de zetel van ons autonome zelf, maar een poreus stelsel van informatiestromen. Die stelling verdedig ik in 2005 op het Studium Generale van de Rietveld-academie.
Village people
Young Designers + Industry nodigt in 2005 een aantal jonge ontwerpers uit de hele wereld uit om een oplossing te ‘ontwerpen’ voor de vereenzaming van geestelijk gehandicapten. Ik schrijf een begeleidend essay.
In ons brein zit geen ‘zelf’
De Duitser Thomas Metzinger probeert de filosofische implicaties van recente bevindingen in de hersenwetenschappen te doordenken. In 2005 interview ik hem voor NRC Handelsblad.
Een ander ik
Mijn langdurige relatie met het Rathenau Instituut begint met de vraag of ik een boek kan samenstellen over de effecten van technologische ingrepen op de persoonlijkheid. Hoe werken psychofarmaca, neurochirurgie, gentherapie eigenlijk, hoe ervaren wij die technieken en hoe werken ze uit in de maatschappij? Ik maak een concept, werk samen met auteurs en schrijf zelf een aantal hoofdstukken plus het afsluitende essay. In 2004 verschijnt het resultaat bij Veen: Een ander ik.
Een ander ik, hoofdstuk 2
Een ander ik, hoofdstuk 1
Een ander ik, essay
Subjectieve hersenen
Reduceer een zieke psyche niet tot afwijkende hersenactiviteit, betoog ik in 2003 voor de lezers van Natuurwetenschap & Techniek.
De pijn van anderen
Gruwelijkheid stoot af, maar trekt ook aan. Wat beweegt je om naar de pijn van anderen te kijken? In 2003 schreef ik voor Filosofie Magazine over deze vraag een essay naar aanleiding van recent werk van Susan Sontag.
Lijden in het winkelcentrum
Voor Filosofie Magazine schrijf ik in 2003 een essay over informatie-actiehelden en de horror van het winkelcentrum naar aanleiding van de film Minority Report.
Van kunstwerk naar kunstmerk
In 2001 ben ik een half jaar tijdelijke medewerker van het Utrechtse debatcentrum Tumult. Het eerste debat dat ik organiseer gaat over de teloorgang van autonome kunst en draagt de naam Van kunstwerk naar kunstmerk. Ik organiseer in die periode ook debatten over de neutraliteit van de internationale rechtspraak, over de staat van de democratie, over hedendaags humanisme, over de persoonlijke stem in de journalistiek en over genetisch veranderde groenten. In 2002 ga ik 7 maanden op wereldreis. Daarna begin ik als zelfstandige.
Kiespijn
Zolang politici praten over doelstellingen in plaats van idealen valt er in wezen niets te kiezen, betoog ik in 2001 in een column voor Trouw.