Je hebt het maar te doen met het lichaam en karakter waarmee je geboren bent. Kwestie van geluk (of pech). Maar dat wil niet zeggen dat je jezelf verder als een voldongen feit kunt beschouwen. Er is altijd ruimte om jezelf bij te sturen – en dat behoort een mens ook te proberen, vond Aristoteles al. De hedendaagse Amerikaanse filosoof Harry Frankfurt noemt dat een kwestie van jezelf serieus nemen.
Frankfurt ziet mensen als een soort systeem waarin gevoelens, opvattingen en handelingen elkaar over en weer beïnvloeden. Ingewikkeld verhaal, maar het punt is: wat je voelt, en wat je overkomt, staat niet los van je overtuigingen. En overtuigingen kunnen niet deugen. Een fatsoenlijk mens stelt die dan bij, waardoor gevoelens en gedrag vanzelf gaan meebewegen. Voorbeeld: een fietser snijdt jou af, het bloed stijgt naar je hoofd, je vloekt – totdat je je realiseert dat die fietser in feite voorrang had. Jouw overtuiging deugde niet, en met dat inzicht verandert je gevoel. Die woede van zojuist wordt een beetje belachelijk. Mensen die dan alsnog in hun woede blijven hangen, kijken niet helder naar zichzelf. Ze nemen zichzelf in feite niet serieus, aldus Frankfurt.
Mij hoor je niet zeggen dat het gemakkelijk is om jezelf serieus te nemen. Vaak genoeg denk ik dat het leven onze diersoort schromelijk overvraagt. Daar zit je dan met je diepe en hevige gevoelens. Ze overspoelen je, en je kunt ze niet eens vertrouwen. Want jouw gevoelens kunnen gebaseerd zijn op een vergissing, zoals in het geval van die fietser. En zelfs als de feiten kloppen, wil dat nog niet zeggen dat het daarmee samenhangende gevoel deugt. Misschien houd je er wel foute overtuigingen op na. Overtuigingen waaraan je moet werken als je jezelf serieus wilt nemen.
Bijna vijf jaar geleden schoot ‘involuntary celibate’ Elliot Rodger zes mensen dood in Californië, woedend als hij was dat vrouwen hem seks weigerden. Ik denk niet dat Elliot zich vergiste: hij had vast goed gezien dat geen vrouw seks met hem wilde. Invoelbaar is ook dat hij daar flink van baalde. Het probleem schuilt in de overtuiging die Elliot er kennelijk op nahield, namelijk dat zijn diepgevoelde verlangen naar seks met vrouwen hem ook recht geeft op seks met vrouwen. Boos zijn op vrouwen die geen seks met je willen is niet alleen enorm kinderachtig maar ook overduidelijk fout. Ik bedoel maar: als Elliot iets demonstreerde met zijn daad, dan is het wel dat gevoelens je nog geen vrijbrief verschaffen. De opvattingen die met die gevoelens samenhangen, moeten ook deugen. Een beetje vent kijkt daarom niet alleen naar de wereld om zich heen, maar ook naar zichzelf.
Politici als Buma, Dijkhoff en Marijnissen bekommeren zich momenteel enorm om boze witte mannen, maar over dat vereiste zelfonderzoek hoor ik ze weinig. Witte mannen kunnen boos zijn wat ze willen – op vrouwen, op de elite, zeg het maar – hun woede is daarmee nog geen vrijbrief. Ook boze witte mannen horen rekening te houden met de mogelijkheid dat hun kijk op de wereld niet deugt. Kwestie van jezelf serieus nemen.
Zelf ben ik niet zo boos. Ik ben eerder bang. Bang voor politici die deemoedig buigen voor de woede van briesende witte mannen, en die woede en passant kapen voor hun eigen agenda. Dergelijke politici lijken puur te reageren op kracht en volume. Ze willen bloeien op bullebakken. Ze lijken te vergeten dat het hun eerste taak is om de maatschappij juist te beschermen tegen bullebakken.
Natuurlijk moeten politici de woede van witte mannen serieus onderzoeken, maar laat dat alsjeblieft niet betekenen dat ze laf en klakkeloos buigen voor grote bekken. Laat dat betekenen dat politici vragen naar de redenen voor die woede. Persoonlijk denk ik dat politici dan veel goede redenen te horen zullen krijgen. Maar sommige redenen zullen stoelen op onwaarheden of op een kleinzielige moraal. Durf dat dan ook te zeggen. Als je geen onderscheid maakt tussen goede en slechte redenen voor boosheid, dan behandel je alle boze witte mannen in feite als infantiele schreeuwers – terwijl slechts sommigen van hen dat zijn. Die laatste groep weerwoord geven is het meest eerlijke, het meest egalitaire, het meest democratische, wat je kunt doen. Dat is boze witte mannen serieus nemen.