Strafschop
Sinds zondag heb ik er een nieuwe held bij, en hij heet Danny Makkelie, u weet wel, de scheidsrechter die de wedstrijd Ajax-Utrecht floot. Ajax stond achter toen Makkelie besloot een strafschop toe te kennen, waarna de wedstrijd alsnog in gelijkspel eindigde. Het belang daarvan overstijgt deze wedstrijd, want dit extra punt voor Ajax maakt de kans aanzienlijk kleiner dat PSV straks kampioen wordt.
Direct na de wedstrijd moest Makkelie voor de snorrende camera’s van Studio Sport verantwoording komen afleggen. Geen gemakkelijke klus; zelfs Ajax-trainer Frank de Boer vond de strafschop eigenlijk onterecht. En zoals Makkelie dat deed! Ik lag in katzwijm van bewondering. Aangedaan, maar zonder ook maar een moment te duiken, zei Makkelie dat hij, inderdaad, ten onrechte een strafschop had gegeven. Op het cruciale moment kon hij zelf de bal niet meer zien, maar hij zag wel ‘het been van Milik in de schaar van Janssen’ waaruit hij concludeerde dat Milik een overtreding had begaan. Makkelie had inmiddels de camerabeelden bekeken, en als hij rechts op het veld had gestaan dan had hij een andere conclusie getrokken. Heel vervelend, zo’n verkeerde beslissing, vindt hij zelf als sportman. Maar toen het erop aankwam, stond hij nu eenmaal links.
Er is onrecht geschied, en dat onrecht is binnen de kaders van het spel niet triviaal – het kan beslissend zijn voor wie zich straks kampioen mag noemen. Typisch een situatie waarin emoties hoog oplopen. Waar ik dan over fantaseer: dat een enquêtebureau zou peilen wat de gevoelens zijn van het volk. Hoe valt zo’n verklaring van Makkelie? Ik denk, ik hóóp, dat veel kijkers na hun eerste woede (of opluchting) zeggen: ‘Het was een verkeerde beslissing, maar wel een begrijpelijke.’ Eigenlijk is het niet eens een vergissing – eerder een gevolg van onze beperktheid als mensen. We kunnen nu eenmaal niet tegelijk links én rechts staan. En wat je ziet hangt af van je standpunt.
Ik verwacht dat de meeste mensen dat prima begrijpen, en zich ook relatief snel bij dit type fouten neerleggen. Fouten dus die voortkomen uit een noodzakelijk beperkt perspectief. In mijn fantasie wijst die enquête dat uit, en putten politici hieruit de moed om Makkelie na te volgen. Dus: geef na een pijnlijk incident onmiddellijk acte de présence. Erken foute beslissingen ruiterlijk. En trek het breder: zeg wat je ethos is (‘ik ben ook een sportman’) en leg uit hoe je vanuit jouw standpunt tot je ingreep bent gekomen. Als jij je fout erkent, komt er ruimte om de essentie van het politieke werk te belichten. Wij snappen echt wel dat jij moet handelen in onzekerheid. Dat jij daar toch maar mooi staat en vanuit je overtuiging ingrijpt, dat wekt respect. Zelfs als je een verkeerde beslissing neemt die een deel van ons flink pijn doet. O, geef ons dit soort politici! Dat is mijn vurige wens.
Waar ik minder over uit ben, is de rol die technologie hier speelt. Technologie verzacht menselijke beperkingen. Een auto maakt dat je je sneller kunt verplaatsen, een spade helpt je bij het graven. En dankzij camera’s kunnen we één incident vanuit meerdere perspectieven bekijken. Alleen: nog steeds niet op hetzelfde moment. Alles tegelijkertijd zien blijft een goddelijke fantasie.
Vroeger, als ik op mijn kop kreeg vanwege iets wat mijn zusje had gedaan, stelde ik me het berouw voor van mijn moeder als zij de film van het incident kon terugspoelen. Ik vond het onverdraaglijk dat zo’n film er niet was, en dat er in het echte leven niets anders op zat dan me neer te leggen bij de onrechtvaardige gang van zaken. Hoeveel technologie we ook ontwikkelen, zo’n film zal er nooit komen. De goddelijke blik die uiteindelijk alles recht zal zetten, is een illusie. En je leven gaat door. Als beperkt mensje kun je alleen bevrijding vinden door uit je kramp te schieten, op te houden je wrok te koesteren, los te laten.
Dankzij al die camera’s kan Makkelie achteraf zijn oordeel bijstellen. Technologie maakt het überhaupt mogelijk dat hij zijn fout kan erkennen, en precies die erkenning kan een zekere vrede geven. Maar ze kan ook maken dat sommige mensen zich extra vastbijten in hun verongelijktheid. Misschien dat technologie vooral de verschillen tussen mensen aanzet.
Marjan Slob